|
||||||||
|
In het cultuurcentrum waar ik wekelijks een film ga bekijken, wordt sinds een aantal weken een liedje gebruikt als achtergrond bij de aankondiging van de aankomende activiteiten. Navraag en enig speurwerk leerden mij dt het gaat om “Bright Lights”, de tweede track van het vollelengtedebuut van deze band, die bij de meesten onder jullie wellicht bekend geraakte door één van de winnaars te worden van de 2019-editie van “De Nieuwe Lichting” van Studio Brussel. Nochtans was frontman Michiel Libbrecht met Mooneye al aan zijn tweede verschijningsvorm toe: voordien was: voordien won hij, als Mickey Doyle, al de “Jonge Wolven”-wedstrijd en de MelkrockRally. Hij wilde echter een heuse band rond zich en dus zocht en vond hij gelijkgestemde mensen als gitaristen Aaron Deceukelier en Jorik Van den Bosch en ritmesectie Stan Holvoet (bas)/Rien Coorevits (drums), en werden ze -met een knipoog naar Moen, het dorp van Libberechts jeugd- “Mooneye”, een bandnaam, die meteen ook de titel werd van de EP die ze in het begin van 2018 bij en met Pascal Deweze opnamen. Ware het niet van Covid-19, dan was de ster van Mooneye al zeker anderhalf jaar eerden serieus aan het rijzen geweest, maar aan de andere kant is de verplichte pauze wellicht ook behulpzaam geweest in het uitwerken van wat vandaag een overheerlijke debuut-CD is geworden: de band werd grondig dooreengeschud enkel Stan Holvoet blijft over van de oorspronkelijke bezetting. Nieuwelingen van dienst zijn gitaristen Jesse Maes en Wouter Spaens en drummer Victor Defoort, maar ik maak me sterkt dat die gasten geen deel zullen uitmaken van de live-band, waarmee Libberecht binnenkort de hort opgaat en die hem trouwens ook naar het niet nader genoemde cultuurcentrum zal brengen, dat ik hierboven al half vermeldde, maar dit terzijde. De plaat waar ik he moet/mag over hebben, staat bol van de door fijne gitaren gedreven songs, die geregeld over “opgroeien” of “volwassen worden” of “je eigen weg gaan” hebben. Echt verbazen doet dat niet, als je hoort hoe jong Libberecht klinkt of, als je wat YouTube-filmpjes bekijkt, hoe dynamisch hij over het podium stuitert. Met het dubbelspan, Titelsong “Big Enough” en het met stalgenote Meskerem Mees ingezongen “Bright Lights”, wordt meteen de standaard erg hoog gezet. Dit zijn uitzonderlijk straffe nummers, die je doen vrezen dat de plaat onderweg wel zal inzakken, maar laat dat nu net niet gebeuren: de melodieën die Libberecht weet te bedenken klinken stuk voor stuk tijdloos rn er durven al eens uit te waaieren naar de Americana, zoals in “Don’t As Where i’ll Be”, diets iets van een afrekening met een niet helemaal trouwe ex lijkt en dat erg goed past bij het iets ruwer klinkende “If We hadn’t met”, waarin een vleugje R.E.M. te ontwaren valt. Enfin, u begrijpt vast waar we naartoe willen: dit is een dijk van een debuut, waarop ik maar één minpuntje ontdekt: de ongelijkmatige kwaliteit van de teksten. Daar had Libberecht iemand op moeten loslaten, die hem kon helpen om van deze erg goeie plaat een waar meesterwerkje te maken. U hoort me nochtans niet echt klagen, want al met al ben ik niet te beroerd om deze plaat een tot de beste te rekenen, die ik dit jaar al van eigen bodem hoorde. Het wordt dus uitkijken daar de aankomende tournee! (Dani Heyvaert)
|